Ik zoek vergankelijkheid in draak
Moment van groot genoegen
Een drank monumentaal van smaak
Monument dat kraakt in voegen
Eens zal blijken hoe groot
Groot werkelijk is en hoe wrang
De werkelijkheid van dood
Zich verhoudt tot bloemen en gezang
Voor muziek die druipt van oren
Kent een kuip de klank van dingen
In trommelvliezen die niet meer horen
Zijn het de woorden die zullen zingen
Ik zie in kluiten, droog van aarde
Zand, worm en het vocht van blad
Zacht weerloos zoekt de zin zijn waarde
Zet huis en tuin in koningsmat
Waar het hoofd haar einddicht maakt
De zin die zoekt naar zin
Een bloedend graf het pompen staakt
Ontbergt het beeld de diepte in
